[Bort, Pieter]
BORT (Pieter), geb. in den aanvang der 17de eeuw te 's Gravenhage, blijkens zijn inschrijving als student te Leiden op 20 Febr. 1633 als Hagenaar oud 17 jaar, werd in zijn vaderstad begraven 4 Juli 1674 in de Kloosterkerk. Hij was een der beroemdste advocaten van zijn tijd, die voor de Hoven van Justitie te 's Gravenhage hebben gepraktizeerd. De volgende werken zijn van hem bekend: Tractaat van de hollandsche leenen en de wijze om die bij uiterste wille .... te bekomen ('s Gravenh. 1649); Over het Appel in de Provintie van Holland en Westfriesland omtrent criminele zaken .. ('s Gravenhage 1652); Alle de werken van Mr. P. Bort. ('s Gravenhage 1681, herdrukt 1702, en nogmaals Utrecht 1730); Nagelatene werken voor dezen nooit in 't licht gegeven en dienende tot een aanhangsel of tweede deel van alle des schrijver's werken (Utr. 1745).
Hij was gehuwd met Wendelina of Wijntje de Witt (dochter van Mr. Pieter de Witt en Geertruyd de Haze), die hertrouwde met Abraham Verhagen en overl. 27 Maart 1702. Bort had bij haar twee dochters: Willemyna, gehuwd met Mr. Jan van Alphen, en Gerardina, gehuwd met Mr. Cornelis Colterman en hertrouwd met Mr. Ivan Anthony Graswinckel rentmeester van Stad en lande van Heusden en ontvanger der verpondingen van 's Hertogenbosch.
Zijn portret is gegraveerd door H. Bary, R. Blokhuysen en een onbekende.
Zie: de Chalmot, Biogr. Woordenb. IV, 25; van Rhede van der Kloot, Geslacht Bort in Wapenheraut V (1901), 51; P. van Heynsbergen, Gesch. d. rechtswetenschap in Nederland (Amst. 1925) 99-102, m. portr.
Kossmann