[Assendelft, Jan van]
ASSENDELFT (Jan van), vermoedel. overleden in 1484 zoon van Dirk (2) en van Christina van Cralingen.
Hij wordt vermeld in 1452 bij den verkoop van 5½ hoet gerst, aan zijn broeder Gerrit, uit de inkomsten van Castricum (Alg. Ned. Fam.bl. III, 184, noot). In 1470 was hij oppergasthuismeester van het Sint Nicolaasgasthuis te 's Gravenhage (Wapenheraut IX, 134). Hij was van 1462 (of 1469) tot 1476 raad en rentmeester-generaal van Noord-Holland en hield gewoonlijk zijn verblijf op het huis Heemskerk, dat hij 14 Oct. 1467 had gehuurd van de weduwe van Gijsbrecht van Vianen, baljuw van Waterland (met de bepaling evenwel dat enkele vertrekken te harer beschikking zouden blijven) (Kron. Hist. Genootsch., 1853). In 1469 werd hij beleend met de heerlijkheid Cortenbosch bij 's Gravenhage, die na zijn dood aan zijn broeder Gerrit kwam. Hij is ongehuwd overleden. Nochtans had hij een bastaarddochter Christina die o.a. een huis in Charlois bezat, dat later aan Nicolaas (3) is gekomen (Bijdr. voor Vad. Gesch. en Oudh. IVe R., dl. X, 16).
Regt