[Arendonck, Daniel van]
ARENDONCK (Daniel van) werd 24 Juni 1572 te Enkhuizen vermoord. Een spreekwoord is daar lang in omloop gebleven: ‘de pastoors worden in Alkmaar gevangen, maar in Enkhuizen gehangen’. Eigenlijk waren die martelaars geen pastoors, maar Franciscaner-observanten van het klooster, Maria van Nazareth op het Heilige velt te Alkmaar gelegen. Nadat soldaten van den Prins 20 Juni 1572 in Enkhuizen waren gekomen, en wel onder beding, dat men den priesters en kloosterlingen geen overlast zou aandoen, werd deze overeenkomst al spoedig geschonden. De prior van het Franciscaner convent, Daniël van Arendonck, en vijf zijner religieuzen, vielen in handen van een woesteling, Houtebeen genaamd, die hen over Hoorn naar Enkhuizen liet brengen. Daar wachtte hen de gouverneur der stad, Gerrit van Berkenrode, een gewezen kanunnik. A. moest van dezen bittere smaadredenen vernemen omtrent de eucharistie; en toen hij moedig voor zijn geloof uitkwam, werd hem door dezen aangezegd, dat hij om die belijdenis reeds den volgenden dag aan de galg zou hangen. Zoo geschiedde het ook; 24 Juni 1572 zijn vijf der Franciscanen aan hun eigen koorden opgehangen op de Breestraat, vlak voor het stadhuis. Een zesde bewoner van hetzelfde klooster, de leekebroeder Engelbert ter Hoog, werd nog eenige dagen in het leven gelaten. Toen hij echter in de gevangenis bleef weigeren de plek aan te wijzen, waar de kelken en andere kostbaarheden van het convent door hem waren geborgen, heeft men ook hem ter dood gebracht, maar niet in Enkhuizen, doch te Ransdorp bij Amsterdam. Als voorwendsel voor deze moorden werd ‘landverraad’ genoemd; maar een gerechtelijk onderzoek heeft nimmer plaats gehad: priesterhaat en hebzucht zijn de ware beweegredenen geweest. Naar verluidt, worden thans pogingen in het werk gesteld voor de beatificatie van A. en zijn metgezellen.
Over afbeeldingen der alkmaarsche Minderbroeders-martelaren zie Bijdr. bisd. Haarlem XLIII.
Zie: W. Lampen O.F.M., De martyribus Alcmariensibus (ad Claras Aquas, 1924); W. Lampen O.F.M. in Franciscana VII (1924, 3).
Hensen