P.
[Pabus, Quintijn]
PABUS (Quintijn), Groninger van geboorte. Schreef een lofdicht op zijn woonplaats: Lof der stad Groningen, in een beknopt gedicht (Gron. 1741), een Bruiloftsgedicht op de echtvereeniging van Mr. Pieter Muntinghe en G.G. Kiers (Gron. 1744) en een uitgebreid gedicht, in hs. bewaard in de bibliotheek van de Maatsch. der Ned. Letterk.: Poetische Uitbreidinge van den eersten Psalm beneffens de Rijmoefeninge over het gedrag van den recht van Godt sprekende Job gedagteekend ‘Maaij 1735’, ‘tot eigen stigting geschreven’ en opgedragen aan prof. Alb. Vöget, uit dankbaarheid voor het theologisch onderwijs aan zijn zoon Rudolph, later predikant te Farmsum.
Ruys