[Mulder, Johannes]
MULDER (Johannes), priester, was omstreeks 1756-58 pastoor te Bakhuizen in Friesland. Hij werd overgeplaatst naar Kralingen en 2 Aug. 1758 door besluit der gecommitteerde raden van Zuid-Holland toegelaten in deze statie, niet lang te voren verlaten door de Jansenisten. In het verslag, gezonden naar den overste der Hollandsche Missie, wordt hij geprezen als een zeer bekwaam man. 8 Juni 1771 had hij een opvolger in de parochie Kralingen, waar hij Nov. 1770 was overleden. J. Mulder had voor zijn dood een aantal predikatiën gereed liggen voor den druk, die werden uitgegeven. In druk verscheen van hem Meditatiën op het lyden van O.H. Jesus- Christus (Antw. 1774, opnieuw uitgegeven te Maastricht in 1776 en te Gent bij Poelman. z.j.). Nog verscheen: Leerredenen op de zes en twintig Zondagen na den Advent gepredikt door den E.H. Joannes Mulder in zijn Eerwaardens leven Roomschen pastoor te Kralingen, vier deelen (Antw. 1772-74). De uitgever onderteekent de voorrede niet.
Zie: Biogr. nat. Belg. IV, 502; Bijdr. Haarlem XX, 11, 48; Archief Utrecht IV, 131, VIII, 336.
Fruytier