[Meulendijck, Godefridus]
MEULENDIJCK (Godefridus), of van der Meulen, priester, geb. te Stratum bij Eindhoven, student te Leuven in den Borcht, behaalde bij de promotie der filosofie de 8e plaats. Hij overleed als pastoor te Hamme in 1747. Terwijl hij nog student was in de godgeleerdheid aan het college van den H. Geest, werd hij 22 Sept. 1704 benoemd tot president van het college St. Willebrord. In 1718 was hij deken van de faculteit der filosofie. Ouder geworden wenschte hij eene pastorij en verkreeg, krachtens het recht van benoeming der universiteit, de parochie Hamme bij Dendermonde. Wegens moeilijkheden met een mededinger, werd hij eerst 23 Dec. 1723 in het bezit gesteld van zijne parochie. 25 Juli 1725 nam hij ontslag als president van het college St. Willebrord en ging persoonlijk zijne parochie besturen. Hij bouwde er eene nieuwe kerk (1740) in den trant van dien tijd, welke nog bestaat. Om de onkosten (15.800 gulden) te bestrijden, deed hij tegen eenige vergoeding afstand van de tienden (1741).
Zie: Analectes hist. eccl. Belg. XIX, 1883; Potter en Broeckaart, Gesch. der gem. v. Oost-Vlaanderen reeks 4, deel I (Hamme) 41, 53.
Fruytier