[Meldola, David de Raphael de Eleasar]
MELDOLA (David de Raphael de Eleasar), derde zoon van Raphael en Rachel Meldola van een zevental kinderen, geb. te Pisa omstr. 1710, overl. te Amsterdam omstr. 1792. Volgens sommigen zou hij 104 jaar geworden zijn. Zijn vader, een italiaansch rabbijn (te Pisa), werd in 1729 naar Bayonne beroepen, waarheen hij zijn zoon David medenam. David bleef er tot 1735 en vestigde zich toen te Amsterdam, waar hij 1739 in het huwelijk trad met Rachel Sarfaty (Sarfatti), dochter van Eliaschoeb Nathanael Sarfaty en kleindochter van den opperrabbijn Mozes Raphael d' Aguilar, die hem acht kinderen schonk. Hier gaf David zijn vaders theologische en ethische werken uit, o.m. Majiem Rabbiem (Amsterdam 1737) in verschillende deelen, dat den auteur een europeesche vermaardheid bezorgde. David, die ondertusschen als rabbijn bij verschillende genootschappen werkzaam was, gaf nu verschillende theologische en homiletische werken in druk. Van astronomischen en wiskundigen inhoud was zijn uitgave Moëd Dawid (Amsterdam 1740), waarin een gedicht, bevattende de regels voor de kalenderberekening, dat eerst in het rituaalwerk Tefillath Jeschoriem (Amst. 1740) verscheen. Achtereenvolgens publiceerde hij dan Dibré David (Amst. 1753), Darché Jesod ha himmoed ter vergemakkelijking der Talmoedstudie (Amst. 1754), Darché Dawid (Amsterdam en Hamburg 1793-95) en schreef nog verschillende andere werken, die in handschrift bewaard zijn.
Het bekendste van zijn kinderen is het jongste, Abraham (geb. Amsterdam 1754), die zich in 1772 in Hamburg vestigde. Een tak van deze oude spaansch-joodsche familie, wier genealogie langs 16 generaties tot 1282 opklimt, zijn de hollandsche Montalto's, waarvan doctor Eliahoe Montalto de bekendste is. De Meldola's bloeiden verder in Italië en Engeland, later ook in de Vereenigde Staten.
Zie: Jewish Encyclopaedia VIII, 452 (en het artikel 450 met de genealogie); Kayserling, Bibliotheca Espagn. Portug. Jud. (Straatsburg 1890) 67.
Zwarts