Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 6
(1924)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 789]
| |
leid tot het priesterschap in het seminarie van het bisdom van den Bosch. Na zijne priesterwijding te Munster, 20 Dec. 1834, was hij 4½ jaar werkzaam als assistent van den pastoor van Burgharen. Toen de kruisheeren van Uden van koning Willem II toestemming hadden verkregen om weder novicen aan te nemen, besloot hij in de orde van St. Kruis te treden te Uden, waar hij 27 Sept. 1841 de kloostergeloften aflegde. Hij was een tijd leeraar aan de latijnsche school aldaar, doch 1851 bracht hij zijn besluit, om tot een strengere orde over te gaan, ten uitvoer. 11 Maart 1852 ontving hij in het klooster der Trappisten te Achel het ordekleed en legde 5 April 1852 in deze strenge orde de geloften af onder den kloosternaam Bonaventura. Gedurende eenige jaren was hij werkzaam als bibliothecaris en lector der godgeleerdheid. 1868 werd hij tot prior gekozen en toen het klooster 1871 tot abdij was verheven, werd hij 3 Nov. 1871 plechtig als abt gemijterd door den bisschop van Luik. Onder zijn bestuur vermeerderde de abdij in aantal leden en werden verschillende nuttige gebouwen opgericht. Een geschilderd portret van den abt wordt in de abdij bewaard. Zie: Schutjes, Gesch. bisdom den Bosch III, 56, 380. Fruytier |
|