brieven brengen en telken male boden de stadsschepenen hem den eerewijn aan. 1520 verkreeg hij den titel van doctor in de godgeleerdheid en gaf weer de lessen der theologie, zooals vroeger in het klooster te Enghien. Reeds in een brief van 12 Apr. 1518 beval Margaretha van Oostenrijk hem aan bij den bisschop van Doornik als wijbisschop. 7 Jan. 1523 werden de gewone bullen van benoeming te Rome uitgevaardigd voor Jan van Heetvelde als wijbisschop van Utrecht met den titel van Hierapolis. Een inkomen van 200 gulden werd hem toegezegd. 22 Maart 1523 werd hij in zijne geboortestad gewijd door Julius de Medicis, kardinaal, later paus Clemens VII. 24 Maart daarop droeg de nieuwe bisschop het H. Sacrament in de processie door de stad. 6 Juli 1523 was hij te Kamerijk tegenwoordig bij de ontvangst der landvoogdes Margaretha, en zong 8 Juli de plechtige H. Mis in de Kathedraal. Tijdens de troebelen in Utrecht na den dood van bisschop Philippus, 1524, en onder bisschop Hendrik van Beieren, trok van Heetvelde zich terug te Brugge en was hij werkzaam in Kamerijk. 15 Aug. 1526 kwam de bisschop voor de laatste maal in Enghien en werd door het stadsbestuur met eer ontvangen. Dezelfde maand en nog in November 1526 verbleef
hij voor wijdingen in de Vier Ambachten, bisdom Utrecht, thans Zeeuwsch-Vlaanderen.
Het hs. 3816 d. (v.d. Gheyn, Catal. manuscrits de la bibliothèque Royale VI, 144) en le Glay geven aan den wijbisschop verkeerd den titel van ‘Gratianopolis’. Bij Eubel wordt hij van de Velde, de Campo geheeten.
Zie: Moll, Kerkgesch. II, 1, 278; Dodt van Flensburg, Archief I, 2, 3 en vv.; Revue Bénédictine XXI (1904), 143; le Glay, Cameracum christianum 85-86; Brom, Archivalia in It. No. 1938-43, 2024; Eubel, Hierarchia Cath. III, 226, 366; E. Mahieu, Un évêque Enghienois au XVI siècle, Jean van Heetvelde in Ann. cercle archéol. d'Enghien (1905), 212-213; Bijdragen bisdom Haarlem XL (1921), 177.
Fruytier