van Johannes Willemsen te Middelburg, daarna met Anna Maria Anemaet. Zijn oudste dochter bij de laatstgen., Petronella Hazevoet, was eerst gehuwd met Ds. Joh. Verschuring (overl. te Vlissingen 31 Aug. 1727), daarna met dokter Adr. Fasseel van Deinse. Zijne geschriften leeren hem kennen als Coccejaan: De vijftien liederen Hammaaloth .... (Rott. 1704); Brief .... aan de gemeenten van Efezen en Filippi ontleedt, verklaert en betoogt (Leid. 1715); Brieven .... aan de gemeenten der Gatateren en Kolossensen verklaert (Leid. 1720); De Brief .... aan de gemeente te Rome verklaart (Leid. 1725); en een gedicht: Historie van het tijden onzes Heilands (Midd. 1677).
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. van Prot. Godgel. in Ned. III, 599 v.; Kerkelijk Handboek (1909) Bijl., 136, 151.
Knipscheer