te Buiksloot). Hun zoon is Johannes, zie vorig art. Op 4 Febr. 1670 hertrouwde hij met Maria du Noys.
Van hem zijn verscheidene preeken verschenen, die tot ver in de 18e eeuw werden herdrukt. Enkele zijn in het Duitsch vertaald. Door zijn overlijden bleef zijne verklaring van den brief aan de Efeziërs, in vervolgpreeken, onvoltooid. Veel is na zijn dood uitgegeven: De brief der H. Apostels Paulus aan de Philippensen verkl. in verscheyde predikatien (Amst. 1693; herdr. 1734), in het Hoogduitsch vertaald door Joh. Car. Bröszke (Frankf. 1710); De Heydelbergsche Catechismus verklaert in twee en vyftigh Predikatiën; met vier Inleidings Predicatiën (Amst. 1676; herdrukt in 1684 en 1736), vertaald in het Hoogduitsch door Joh. Vogelsang (Bremen 1693); Waere Boetvaerdigheyt voorgestelt in verscheyde predikatiën (Amst. 1676; herdr. 1687, 1694, 1737), vertaald in het Hoogduitsch door J.H. Winkelhäuser (Frankf. 1701); Verborgenheyt der Godzalígheyt (Amst. 1677; zesde druk 1736); Verzameling van 74 predikatiën (Amst. 1681), vijf deelen, vele malen herdrukt; Predikaties over uitgelezen plaatsen van het Woord Gods (Amst. 1733); Twee en veertig Lydenspredikatien; Honderd en twee predikatiën over het lijden en Feeststoffen.
Van zijn portret bestaan prenten door W. Vaillant en door een onbekend kunstenaar; een geschilderd portret door F. Bol(?) kwam voor op een verk. te Amsterdam 20 Oct. 1880.
Zijn zoon Johannes had een zoon Petrus, vgl. vorig art. Een oudere Peter van der Hagen wordt in 1583 te Leiden genoemd en in 1592 te Keulen (Werken Marnix-Vereen. III, V, 122, 217).
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. van Prot. Godgel. in Ned. III, 451 v.; Kerkelijk Handboek (1907) Bijl., 131, 133; (1908) Bijl., 101, 109.
Knipscheer