[Gendt, Gerlach van]
GENDT (Gerlach van), geb. te Nijmegen in 1640, overl. aldaar 5 Juni 1735, oud 95 jaar en 6 dagen; zoon van Johan (3) (kol. 564) en van Helena Roukens. Hij was in 1686 gemeensman te Nijmegen, ook rekenmeester, kerkmeester en burgerhopman aldaar. Van hem en zijn vader Johan bestaat een handschrift: Wapenboek, ten deele vergadert door J.v.G. en nu verder volmaakt door sijn soon G.v.G. (1630-1730), waarin 3280 wapens voorkomen en dat door den eigenaar J.G. de Groot Jamin in 1880 op de Herald. Tentoonst. te 's Gravenhage was ingezonden. Op 92-jarigen leeftijd ving hij nog een proces aan. Hij had in 1668 de zerk, waaronder zijn ouders lagen begraven, met het volle wapen der baronnen van Gendt laten versieren, bewerende dat Hendrik, baron van Gendt, erfkamerheer, heer van Erlicum enz. en de baron van G., heer van Oldersum, zijn vader voor een lid van hun oud-adellijk geslacht verklaard hadden, als afstammende in rechte lijn van Willem v. Gent, in 1451 gehuwd met Jacoba van Nijvelt. Toen nu Willem Jozef, baron v.G., kapitein-ter-zee in statendienst, 17 Dec. 1732 kinderloos overleden, te Arnhem werd begraven ‘met gebroken wapen als laatste van zijnen stamme’, diende Gerlach bij den arnhemschen magistraat een aanklacht in tegen de erfgenamen des barons. Wegens gebrek aan deugdelijke bewijzen werd dit request 20 April 1733 door den arnhemschen magistraat tot nader order ter zijde gelegd.
Gerlach van Gendt was gehuwd met Johanna Heysen of Heyssen, geb. in 1646, overl. 18 Juni 1727, vermoedelijk een zuster van H. Heyssen, die als deftig ingezetene van Nijmegen, de capitulatie dezer stad i.d. 26 April 1674 met den intendant Robert (namens Lodewijk XIV) onderteekende. Gerlach en zijn vrouw liggen in de Stevenskerk te Nijmegen begraven.
Zie: Geneal. Herald. Bladen VII, 95; Navorscher, XXXI, 472, 473; Catal. Herald. Tentoonst. no. 3225; v. Doorninck, Gesl. Aant. 722; Herald. Bibl. (1879) 36, (1880-81) 330.
Regt