[Coninck, Gijsbert Jansz.]
CONINCK (Gijsbert Jansz.), geb. te Dordrecht, datum van geb. en overl. onbekend, zoon van Jan Coninck.
In 1567 is Coninck uit het land gevlucht, en voegde zich later bij de Watergeuzen. In het najaar 1570 is hij de tusschenpersoon bij een aanslag van den Prins van Oranje op Dordrecht. Coninck verliet de vloot en kwam in het geheim in Dordrecht, om ten huize van zijn vader en zijn oom Pieter Jansz. te onderhandelen. De aanslag lekte uit, Coninck ontkwam, maar zijn vader werd door de Spanjaarden gegrepen en moest later te Brussel den brandstapel beklimmen. Ook zijn oom Pieter Jansz. werd gevonnist. Coninck keerde naar de vloot der Watergeuzen terug, was in het voorjaar 1572 te la Rochelle als hopman onder de Rijk. Het is niet zeker of hij op 1 April 1572 bij de inneming van den Briel was. Op 29 Mei 1572 werd hij door Alva verbannen, welk vonnis 27 Juni 1572 werd afgekondigd.
Zie over hem: van Groningen, Gesch. der Watergeuzen, 190; Marcus, Sententiën, 244; Wagenaar, VI, 321; Altmeyer, Gueux de Mer, 50; van Vloten, Nederl. Volksopst. (1858) I, 166.
Vogels