Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 6

[Clibano, Hieronymus de]

CLIBANO (Hieronymus de) of van den Hove, geb. te 's Hertogenbosch, werd 20 April 1491 door het kapittel van St. Donatiaan te Brugge benoemd tot succentor en meester in de muziek en zang aan zijne school. Na zijne benoeming keerde de Clibano naar 's Hertogenbosch terug om zijne zaken te regelen. Hoe ook de brugsche kanunniken aandrongen, hij kwam eerst 1 Dec. 1492 te Brugge weer, om zijn ambt te aanvaarden. Ofschoon hij een bekwaam musicus was, kon hij niet voldoen aan de eischen en verwaarloosde hij de opleiding der koorknapen, zoodat hij 16 Aug. 1497 werd ontslagen. Hij behield zijn inkomen en zijn plaats in het koor als clericus, want priester was hij niet, ofschoon dit in Messager wordt beweerd. Wel beproefde hij zijn verloren post terug te krijgen, doch dit gelukte niet. 1501 bevond hij zich onder

[p. 307]

de zangers der kapel van den aartshertog Philips den Schoone, die medetogen naar Spanje. In het register der leden van de Lieve Vrouwe broederschap van 's Hertogenbosch komt hij voor met den datum 1501, waarschijnlijk zijn sterfjaar. Hij wordt er muziekmeester van Antwerpen genoemd. Aldaar wordt ook een Nicasius de Clibano vermeld, wellicht een zijner familieleden.

Zie: A.C. de Schrevel, Histoire du seminaire de Bruges I, 132, 165-166; E. van der Straeten, La musique aux Pays-Bas VI, 292; Fétis, Biographie universele des musiciens (2 éd.) II, 324; Messager des sciences hist. (1867), 105-107; Taxandria XV (1908), 43.

Fruytier