[Cattenburch, Adriaan van]
CATTENBURCH (Adriaan van), geb. te Rotterdam 2 Nov. 1664, gest. te Utrecht 5 Maart 1743. Hij studeerde aan het seminarium der Remonstranten onder Limborch en werd daar in 1686 proponent. Reeds in Januari 1687 werd hij beroepen te Rotterdam. Hij werd 26 Mei 1712 benoemd tot hoogleeraar aan het seminarium en vertrok 17 Augustus naar Amsterdam. In 1731 werd hij voor eenigen tijd belast met het onderwijs in de letterkunde en de wijsbegeerte. Op grond van zijn hoogen leeftijd nam hij 14 Mei 1737 zijn ontslag. Zijn onderwijs werd zeer gewaardeerd, ook door de doopsgezinde studenten. Voor de Broederschap heeft hij zeer veel gedaan, ook financieel. Groote zorg besteedde hij aan de bibliotheek der amsterdamsche gemeente; haar kostbare Grotiana dankt zij aan Cattenburch. Ook voor de geschiedenis der Remonstranten heeft hij zeer veel gedaan; door zijn Bibliotheca scriptorum Remonstrantium: cui subjunctum est specimen controversiarum inter Remonstrantes et Socinum ejusque asseclas exhibitum ipsissimis scriptorum verbis (Amsterdam 1728, 12o.) legde hij den grondslag voor de nauwkeurige kennis van het Remonstrantisme. In dit verband moet ook worden genoemd de door hem bewerkte voltooiing van de Historie van het leven van Huig de Groot, die door Caspar Brandt was begonnen (Dordrecht 1727, fol.; 2e dr. Dordrecht 1732, fol.). Brandt had het leven van Grotius beschreven ‘tot den aanvang van zijn gezantschap wegens de Koninginne en kroone van Zweden aan het hof van Frankrijk’; het overige is van de hand van Cattenburch. Behalve de genoemde werken heeft hij nog geschreven: Christelijke heilwensch aan de Remonstrantsche gemeente te Rotterdam (Rotterdam 1712, 4o.); Spicilegium theologiae Christianae Philippi a Limborch .... variis dissertationibus historicoecclesiasticis multisque ad praxin promovendum
pertinentibus refertum (Amsterdam 1726, fol.; een gedeelte daarvan werd door hem vertaald in het Nederlandsch onder den titel: Verhandeling over den eedt, Amsterdam 1729, 8o.); Syntagma sapientiae mosaicae (Amsterdam 1737, 4o.); XXI Predikatien (Leiden 1731, 4o.) en XXIII Predikatien (Leiden 1739, 4o.). Cattenburch was ook dichter; wij hebben van hem een Leven van Israëls koning David in dichtmaat gesteld (Amsterdam 1744, 4o. 2 dln.).
Zijn geschilderd portret door P.v.d. Werff (1711) is in de remonstr. kerk te Rotterdam en door een onbekend kunstenaar in de remonstr. kerk te Amsterdam: een portret in prent door J. Houbraken.
Zie: te Winkel, Ontwikkelingsgang der Ned. letterk.1 II, 563; Tideman, De Remonstrantsche Broederschap 16 vlg., 23, 48, 55, 278, 283, 449.
Brugmans