Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 6
(1924)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 158]
| |
B., ambtenaar bij de posterijen, en van Auguste Catharina Grevelink (wier moeder Geertruida Jacoba Hilverdink de bekende tooneelspeelster was). Hij trad in militairen dienst, bezocht den Hoofdcursus te Kampen, werd in 1878 2e luitenant bij het 4e regt. inf. te Leiden, in 1883 1e luitenant, in 1896 kapitein, in 1904 majoor bij het 4e regt. inf. te Gouda en garnizoens-commandant aldaar en in 1908 luitenant-kolonel bij hetzelfde regiment te Gouda. In 1884 behaalde hij de acte middelbaar geschiedenis, was van 1886 tot 1893 leeraar aan de K.M.A. te Breda, en van 1893-1897 in dezelfde functie bij de Cadettenschool te Alkmaar. Bij zijn overlijden prees men hem als een kundig, degelijk en ijverig hoofdofficier. Hij huwde te Leiden 18 November 1886 met jkvr. Quirina Catharina Barnaart (geb. te Oegstgeest 22 April 1858, dochter van jhr. Jacob Maurits Quirijn B. en van Ada Margaretha Bakker Korff). Uit dit huwelijk sproot één dochter: Ada Margaretha B., geb. te Breda 2 Nov. 1887. Zie: De Prins, Oct. 1909 (met portret); Ned. Adelsb. 1919, 67. Regt |
|