[Ampsing, Jacobus]
AMPSING (Jacobus) of Amsingh was een zoon van Samuel (I, 118) en Catharina van der Weghe en werd 29 Jan. 1637 te Leiden ingeschreven als ‘Harlemensis’, 19 jaar oud, ‘Coll. al.’. In 1643 komt een proponent J. Ampsingius te Knollendam en staat als overleden in 1653 (van Alphen, Kerk. Handb. 1908, bijl. P. 125), misschien eene vergissing, zoodat wij hier denzelfden vóór ons hebben. Want uitgezonden door classis Hoorn omstreeks dezen tijd (Acta uitg. Knuttel II, 534), kwam hij 14 Febr. 1656 met het schip ‘West-Friesland’ te Batavia aan en werd gezonden naar Formosa. 30 Nov. 1656 meldden de broeders van daar zijne behouden aankomst. Bij loting werd hem toen als standplaats Takkais aangewezen (Ta-kau), waar hij reeds 24 Nov. 1657 overleed, want in een brief van 2 Maart 1658 maakt de kerkeraad van zijn dood melding. Kort vóór zijn dood, 5 October, stelde hij als scriba dat merkwaardig extract uit de consistoriale acta voor de Hooge regeering te Batavia, waarin vooreerst gehandeld wordt over het talenvraagstuk op het eiland. De bewoners van het Zuidelijk deel verstaan niet de ‘Sinekansche’ taal, zoodat zij (heet het elders) in eene hun onbekende taal als papegaaien geleerd zijn. Het zou daarom het best zijn, meenen de predikanten terecht, het Nederlandsch als voertaal in kerk en school te gaan gebruiken, maar te Batavia heeft men dit helaas niet gewild. Ook het belangeloos en stellig uitnemend voorstel van ds. Ant. Hambroeck om de drie dialecten dier ‘zuytsche’ taal te gaan bestudeeren hebben de hooge heeren als onnoodig verworpen, wat, zegt onze Ampsing, zeker tot zijne ‘discouragie’ strekken zal. Voorts schrijft hij uitvoerig over hun plan om een seminarium op te richten (gelijk immers ook op Ceylon met zoo gunstigen
uitslag zou geschieden) en wel te Mattouw, ‘als een rechte Mesopotamiën’, in het midden van diepe en snelstroomende rivieren, waardoor ‘dickwijls de weglopers in haar quaat voornemen sullen gestut worden’. Een zeer verstandig leerprogramma voegt de schrijver er bij. Het booze jaar 1661 maakte ook aan deze plannen een droevig einde: het verwaarloosd Formosa viel met Ant. Hambroeck en haast al de Hollanders door de langzaamheid der regeering te Batavia aan Coxinga's wreedheid ten offer. Nog vóór die ramp, Dec. 1658, hertrouwde Ampsing's weduwe Johanna van Rijssen, met Evert Symon Mans en Dee. 1656 was zijne dochter Josina gehuwd met Mr. Leonard Bolleken.
Zie: C.A.L. van Troostenburg de