[Alstorff, Wilhelm]
ALSTORFF (Wilhelm), geb. omstreeks 1645, kloosterling van de orde der H. Brigitta in O.L. Sionsberg te Keulen, sinds 23 Oct. 1667, overleed te Hoboken 13 Aug. 1723. De eerste jaren na zijn priesterwijding 1672 gaf hij les aan de jonge kloosterlingen in de filosofie en theologie. Daarna bekleedde hij 7 jaren het ambt van procurator zijner orde te Rome en verkreeg aldaar den titel van notarius apostolicus. Vervolgens werd hij prior van het klooster der orde te Koudewater bij Rosmalen en tevens van Hoboken 11 Sept. 1692, waar sinds 1652 de paters een toevluchtsoord hadden gevonden, terwijl de nonnen voorloopig te Koudewater mochten blijven. Bij oogluiking verbleven een of twee paters aldaar, die tevens de parochie Rosmalen bedienden. Toen de laatste non van Koudewater, die door de Staten onderhouden werd, op bijna 100-jarigen leeftijd overleed, 7 Oct. 1711, vreesde de prior de opheffing van het klooster, waar steeds nieuwe zusters waren aangenomen. 1712 had de verkooping van de kloostergoederen plaats en de aanzegging om het klooster te verlaten volgde in 1713. Prior Alstorff deed alles om het klooster te behouden. Hij kocht het klooster op naam van den fiscaal Cremers, steeds hopende in Koudewater te kunnen blijven of terugkeeren. Intusschen had hij in 1711 voor de zusters een verblijf gekocht te Uden, dat zij 15 Sept. 1713 betrokken en waar zij nu nog wonen. Tot 1723 bleven twee zusters te Koudewater, toen gaf men alle hoop op en het oude klooster werd verkocht.
In Hoboken gaf de prior nog les in de theologie en verkreeg ten laatste den titel van ‘lector emeritus’. In 1719 deed hij afstand van zijn ambt wegens ziekte en ouderdom; hij overleed 3 jaar later. Twee gedrukte werkjes van hem zijn bekend waarvan Paquot het eene vermeldt volgens J. Harzheim, Bibliotheca Colon., terwijl Kuyl het andere opgeeft. De titels luiden: Sagittae perfectionis id est sententiae exerptae ex revelationibus seraphicae M. Brigittae (Antv. J.P. Robyns 1711-16, 256 pp.); Cort verhael van het miraculeus Cruys van Hoboken (Antw. H. Verdussen, 1696); dit werd herdrukt 1711 en 1718.
Zie over hem: P.D. Kuyl, Hoboken en zijn wonderdadig kruisbeeld (Antw. 1766) 168, 182, 218; Schutjes, Gesch. Bisd. den Bosch 598, 603; Paquot, Memoires Litt. VI, 41; Catal. biblioth. Min. Abbatiae S. Bern., 1747, 7.
Fruytier