Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 5

[Vos van Steenwijk, Jan Arent Godert baron de]

VOS VAN STEENWIJK (Jan Arent Godert baron de), lid der Eerste Kamer Stat.-Gen. en commissaris des konings in de prov. Utrecht, geb. 25 Sept. 1818 op den huize ‘Dikninge’, gem. de Wijk (Drente), overl. 17 Oct. 1905 huize ‘Voorstonden’, gem. Brummen. Hij ontving zijn opleiding tot de academische lessen aan 't gymnasium te Assen, studeerde te Utrecht in de rechten en promoveerde 1842 op Thes. jur. In 1853 werd hij door de Staten van Overijsel tot lid der Eerste kamer gekozen. Drie jaar later zag hij zich tot burgemeester van Zwolle benoemd, welke betrekking hij tot 1867 heeft vervuld. Lid der Eerste Kamer bleef hij tot 1880 en sedert 1874 was hij

[p. 1074]

voorzitter van dat college. In '80 trad hij als lid der Kamer af, wegens zijn benoeming tot commissaris des Konings in de prov. Utrecht, welke hooge betrekking hij slechts een jaar heeft bekleed. Als lid der Eerste kamer werd hij in '80 vervangen door Mr. A. van Naamen van Eemnes (II, 971), gelijk hij als burgemeester van Zwolle in 1869 was opgevolgd door Jhr. Mr. W.C.Th. van Nahuys.

Zijn laatste levensjaren bracht de Vos v. Steenwijk als ambteloos burger door op zijn landgoed ‘Voorstonden’ onder Brummen, waar hij in 1905 op 87-jarigen leeftijd stierf.

Mr. J.A.G. baron de Vos van Steenwijk was gehuwd: 1o. in 1843 met Wilhelmina Louisa barones van Aerssen Beijeren van Voshol (overl. 1849) en 2o. in 1853 met Agathe Maria Françoise barones v. Aerssen Beijeren v. Voshol. Uit beide huwelijken werden kinderen geboren. Een volledig levensbericht van hem is ons onbekend.

Zie: Ned. Adelsb. 1906, 546; Van Welderen Rengers, Parl. Gesch. Nederl., Register, en Prov. Overijss. en Zwolsche Cour. van 18 Oct. 1905.

Zuidema