[Virieu, François de]
VIRIEU (François de), ook de Viry of Viri, heer van St. Raphain. Hij was waarschijnlijk de zoon van Johan, rentmeester van prins René van Châlon voor Oranje en Dauphiné, later van prins Willem van Oranje. Hij was Hugenoot, trad in dienst van prins Willem, volgde hem op zijn veldtocht 1572 en commandeerde o.a. onder den jongen paltsgraaf Christoffel de artillerie bij het beleg van Weert in Aug. van dat jaar. Later werd hij prins Willem's stalmeester, wat hij was kort na diens overkomst naar Holland; de prins maakte hem 14 Mei 1573 luitenanthoutvester van Holland, ofschoon hij vreemdeling was en eerst 14 Maart 1585 is genaturaliseerd. Hij was sedert omstreeks 1576 's Prinsen hofmeester (hofmaarschalk, maitre d'hôtel), leidde als zoodanig diens hofhouding te Antwerpen en later te Delft en werd door hem herhaaldelijk voor vertrouwde zendingen gebruikt. Hij huwde 1574 met Françoise de Witte, dochter van Gerrit de W., baljuw van Noordwijk, en Cornelia Stalpaert van der Wiele, die hem tot 1623 overleefde. Hij herbouwde na 1587 het vervallen huis te Teilingen, waar hij eigenlijk als houtvester had moeten wonen en zich thans vestigde. Hij stierf in den voorzomer van 1596 en liet zijn vrouw en drie kinderen in kommervolle omstandigheden achter. Vele zijner nakomelingen dienden te land en ter zee tijdens de republiek in hoogere en lagere officiersrangen. Zijn portret en dat zijner vrouw in het Mauritshuis.
Over hem: van Kinschot, in Maandbl. Ned. Leeuw, 1905, 309; Res. Holl. 6 Augustus, 19 December 1596; Blok, Willem I (register) en Leidsch Jaarboekje 1905, 125 vlg; Fruin, in Verspr. Geschr. II, 156.
Blok