regentenfamilies werd hij, de homo novus, niet opgenomen; men duldde en gebruikte hem, eeren deed men hem niet. Vandaar dat Schulenborch ook gedurende zijn verblijf te 's Gravenhage nauwe betrekkingen onderhield met de groningsche gilden, op wier steun hij, mocht de fortuin hem ongunstig worden, onbeperkt rekenen kon.
In 1661 braken de tijden van tegenspoed voor hem aan. De kwestie van den vrede met Portugal bracht hem ten val. 23 Juni 1661 namen de Staten-Generaal het besluit, dat de vrede met Portugal gesloten zou worden. Als voorzitter der Staten-Generaal had S. krachtig tot dit besluit medegewerkt; hij werd tot een der onderhandelaars met Portugal benoemd, maar ging hierbij tegen de uitgesproken wenschen van Stad en Lande in 6 Aug. 1661 werd de vrede gesloten. Stad en Lande besloten den vrede niet te ratificeeren en Schulenborch ter verantwoording te roepen. 23 November 1661 schorsten de Staten van Stad en Lande hem als gecommitteerde ter S.G. en 10 Jan. 1662 ontzette de raad van Groningen hem uit al zijn ambten.
Schulenborch verbindt zich met de ontevreden gilden. Deze komen in oproer en wisten 10 Juli 1662 den raad het besluit af te persen, Schulenborch in zijn ambt van gecommitteerde ter S.G. te herstellen. Spoedig werden de gilden met geweld tot gehoorzaamheid teruggebracht, en nu spande het bestuur der stad met de staten van Stad en Lande en den stadhouder tegen Schulenborch samen. Verschillende, weinig gegronde, beschuldigingen werden tegen hem ingebracht; een buitengewone, partijdig samengestelde rechtbank werd ingesteld, welke 27 Oct. 1662 hare zittingen opende. 4 November verscheen Schulenborch voor zijn rechters; zijn veroordeeling stond vooruit vast. 30 Dec. 1662 werd hij veroordeeld tot de doodstraf en confiscatie zijner bezittingen. Doch voor het vonnis geveld werd, was hij over Bremen naar Munster gevlucht. De bisschop van Munster benoemde hem tot raadsheer in zijn ‘privé-conseil.’ Van Munster uit bleef Schulenborch tegen zijn veroordeeling strijden, o.a. door het pamflet Prodomus Schulenburgicae defensionis. Hij bleef echter uit Groningen gebannen.
Onzeker is de rol, door hem in 1672 gespeeld. Hij bleef den bisschop van Munster tot diens dood dienen en keerde toen naar 's Gravenhage terug, waar hij ongehinderd, in aanzienlijke kringen verkeerend, een rustig familieleven leidde.
22 December 1643 was hij gehuwd met Grietien Jansen, later zich Margaretha Janssenius noemende. Zij overleed 15 Februari 1689. Drie jaren later stierf Johan Schulenborch. Zijn stoffelijk overschot werd 14 Aug. 1692 in kelder no. 42 van de Nieuwe kerk te 's Gravenhage bijgezet.
Zie mijn artikel Johan Schulenborch in den Groningschen Volksalmanak voor 1920.
Poelman