[Persoons, Claes Jeremiasz.]
PERSOONS (Claes Jeremiasz.), te Rotterdam geboren en aldaar overleden 27 Juli 1692, was een zoon van Jeremias Claesz., metselaar, en Grietge Baltens Verbeeck, terwijl zijn geboorte waarschijnlijk in het eerste kwartaal der 17de eeuw gesteld mag worden. Oorspronkelijk metselaar van beroep, vestigde hij de aandacht der stedelijke regeering op zich door het indienen van een plan in 1653 voor het herstel en rechtzetten van den toren van de Groote of St. Laurenskerk te Rotterdam. Deze, reeds lang eenigszins overhellende, was in 1650 bij een zwaren storm 3½ voet naar het zuidwesten overgezakt. Architecten uit verschillende Hollandsche steden, o.a. de bekende bouwmeester Jacob van Campen, zijn naar Rotterdam ontboden om hun licht te laten schijnen in deze zaak en zij hebben wel de richting bepaald van de werkmethode bij het herstel, maar pas het voorstel van Claes Jeremiasz. nam de vele bezwaren weg, die nog waren blijven bestaan. Hem werd verder het werk opgedragen, dat nog altijd de bewondering wekt van de bouwkundigen. Den 7den Mei 1660 besloot de vroedschap den in dienst zijnden stadstimmerman en den stadsmetselaar te ontslaan en deze posten niet weer te laten vervullen, doch in plaats daarvan een stadsarchitect te benoemen, waartoe zij 24 Mei Claes Jeremiasz. aanstelden. Tot zijn dood heeft deze, die in 1668 met den toenaam Persoons voorkomt, het ambt van architect-bouwmeester bekleed; hij kan de eerste geacht worden van de rotterdamsche directeuren van gemeentewerken. Veelzijdig waren zijn werkzaamheden; hij had het toezicht over de metselaars, den timmermans- en den smidswinkel der stad over de straatmakers, enz. De vroedschapsresolutiën getuigen van de groote waardeering, die de stedelijke regeering voor zijn werk had,
blijkende uit traktementsverhoogingen, extra-gratificatiën en het verschaffen van faciliteiten om op alle stadswerken toezicht te kunnen houden, zooals het aanschaffen in 1687 van een rijtuig te zijnen behoeve, toen hij oud en stram begon te worden, waarom ook zijn zoon Jan Persoons hem reeds als hulp was toegevoegd. Hij huwde 5 Juli 1650 met Adriaentge Jansd. Cardon en had bij haar vier kinderen, van wie Jan, die hem opvolgde als stadsarchitect, in October 1692 overleed.
Zie: Bronnen voor de geschiedenis van Rotterdam II; G. van Reyn, Geschiedkundige beschrijving der stad Rotterdam I, 258 en Rott. Jaarb. III (1892), 140.
Moquette