[Nicolaï, Anthonius of Theunis van Wassenaar]
NICOLAÏ (Anthonius of Theunis) van Wassenaar, geb. te Dokkum, emeritus 1599, priester te Hoogebeintum, reeds in 1545 hervormd, naar Oost-Friesland gevlucht, aldaar predikant te Uplewert tot 1566, te Leeuwarden (1566 en vóór 1574), Enkhuizen (1574-1576), Workum en tijdelijk Wirdum en Sloten (1584-1586), Stiens (-1599). In Juni 1595 was hij voorzitter van de synode te Franeker. Tegen 1599, na een vergeefsch verzoek om ontslag en pensioen in 1591, wordt hij emeritus en aangesteld tot ‘Raad der Kerk van Leeuwarden’. Een geschrift van zijne hand De magistratu is door de synoden van 1583 tot 1595 in onderzoek genomen en voor eene uitgave gereed gemaakt Het verhaal van zijn twist met de synode enz., waarin hij naast Ruardus Acronius stond, een twist die zóó hoog liep, dat het ten slotte ging om het gezag van de synode, gaf G.H. van Borssum Waalkes, in het Archief van 1903, t.a.p. Romein noemt twee broeders van hem, nml. Tiberius of Tjebbe en Johannes. Menigmaal stelde hij requesten op, in naam van de synode, aan de hooge overheid over verschillende kerkelijke belangen, bijv. tegen de Wederdoopers; in 1587 aan den koning van Engeland.
Zie: T.A. Romein, Naaml. der Pred. in Friest. (Leeuw. 1886) 5, 69, 154, 388, 424, 532; Reitsma en van Veen, Acta VI, register in voce; Rutgers, Acta. 527; Kerkel. Handb. 1908, Bijl. 112; 1911, Bijl. 164, 183, 185, 191, 193; H. Schokking, De leertucht enz.