Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 4

[Sijmons, Maurits]

SIJMONS (Maurits), geb. te Rotterdam 1844, overl. aldaar 12 Jan. 1904, bezocht de middelbare school te Zeesen in den Harz, en studeerde van 1863 tot 1868 aan de Academie, later Polytechnische School te Delft; in laatstgenoemd jaar verwierf hij het diploma van civiel ingenieur. Hij was eenigen tijd werkzaam onder T.J. Stieltjes bij de werken op Fijenoord tegenover Rotterdam, en vervolgens als buitengewoon opzichter van den waterstaat bij de werken van de Nieuwe Merwede. In 1870 ging hij in dienst bij C.T. Liernur, die toen voor zijn stelsel van faecaliën-afvoer een bureau te Frankfort aan den Main had. In 1872 vestigde hij zich te Rotterdam als technisch adviseur. In den aanvang propageerde hij vooral zijne uitvinding, het koolcloset-stelsel, dat te Kralingen toegepast werd. Behalve verschillende ontwerpen en uitvoering van werken werden allerlei aan zijn bureau vreemde werkzaamheden door hem aangevat.

Daarin ontwikkelde hij een reusachtigen ijver,

[p. 1293]

en het aantal technische onderwerpen, in welke hij belang stelde en met welke hij zich inliet, was merkwaardig groot. Daartoe behooren inrichtingen tot ontsmetting, crematie, ventilatie, verwarming, goedkoop watergas, kookgas en centrale verwarming. Op lateren leeftijd wendde hij zijn krachten vooral aan als hygienisch ingenieur. Kort voor zijn overlijden, in 1903, nam hij deel aan de eerste Duitsche stedententoonstelling te

[p. 1294]

Dresden. In het Instituut van Ingenieurs voerde hij meermalen het woord, in de Ingenieur komen vele bijdragen van zijne hand voor. Hij schreef een aantal vlugschriften over faecaliënafvoer, verwarming, heete luchtovens en ontsmetting.

Hij was ongehuwd.

In de Ingenieur van 30 Jan. 1904 komt eene levensschets van hem voor, door H.E. van Gelder.

Ramaer