[Rijkers, Mgr. Joannes Christophorus]
RIJKERS (Mgr. Joannes Christophorus), geb. te Sittard 29 Nov. 1822, overl. te Wijk-Maastricht 21 April 1889 tijdens een predicatie; werd in 1847 priester gewijd te Wittem en in 1863 aangesteld tot directeur van het Bisschoppelijk College te Roermond. In 1881 pastoor te Wessem, kwam hij reeds in 1883 als deken te Wijk-Maastricht.
Toegerust met buitengewone gaven naar geest en hart, was hij onder zijne tijdgenooten zeer gezien. Zijn leven was, buiten de zielenzorg, aan de wetenschap en kunst gewijd en onverdroten bleef hij werkzaam, als leeraar een vraagbaak voor zijn leerlingen, als redenaar boeiend door zijn welsprekendheid, als schrijver bezielend en strijdend voor zijn godsdienst en zijne beginselen. Een sieraad der priesterschap, een vriend en vader van het volk. In 1884 werd hij eere-kamerheer van paus Leo XIII: in 1887 advocaat van St. Pieter; in 1887 zag hij zich door kardinaal Lavigerie nog benoemd tot eere-kanunnik van het primaat-kapittel van Carthago.
Mgr. Rijkers heeft bijna uitsluitend in het Fransch geschreven. Enkele werken zijn in het Nederlandsch en in het Latijn. Zijne letterkundige werken zijn zeldzaam geworden. Een complete verzameling werd door een zijner familieleden, Jos. Arnoldts, thans pastoor te Nieuwstadt, afgestaan aan de bibliotheek van het Bisschoppelijk College te Roermond.
Aan den bekenden Roermondschen organist Jos. Luyten dank ik de volgende bibliografie, waarin de voornaamste werken zijn opgenomen: Premier essai de Poésie (Sittard 1840); Discours prononcé à Wijck - Maestricht (1857); Jerusalem, of de beschrijving der H. Stad. Eene redevoering (Sittard 1864); L'église mère des sciences (Ruremond 1865); La Harpe Chrétienne (Maestricht 1867); La papauté (Maestricht 1871); Eloge à Pie IX (Ruremonde 1872); Eloge funèbre du Rév. M.H. Claessens (Maestricht 1872); Réponse à Mr. de Scherpenseel - Heusch (Ruremonde 1872); Discours prononcés à Issoudun (Ruremonde 1873); Saint Justin vengé des mensonges de Straus (Liège 1874); Feestvede bij de bisschopswijding van Mgr. Claessens te Sittard (Amsterdam); Discours prononcé au Collège épiscopal de Ruremonde (Ruremonde 1875); Discours à Mr. l'abbé Arnoldts, ordonné prètre (Sittard 1879); Le Christ. Poème (1880); Saint Bernard. Poème en XII chants (Liège); Jésus-Christ et l' Eglise (Bruxelles); Carmen Jubilare R.D.J.A. Paredis (Trajecti ad Mosam 1881); Elegia in mortem J.A. Paredis (1886); Le Crucifix miraculeux a Wyck (Wijck-Maestricht. 1884); Adresse à Léon XII (Rome 1886); Renan et les miracles du Christ (1887); Le Christ et les auteurs des quatre évangiles devant la critique moderne (Maestricht 1887).
Lofdichten op hem komen voor in de Dicht-