Vandaar ging hij naar de hollandsche Kerk te Calais in Frankrijk, waar hij in 1602 reeds een tijdlang bij leening dienst had gedaan. Anderhalf jaar ging het daar goed. Toen rees er tusschen hem en den kerkeraad geschil over de vermeerdering van zijn traktement, die door hem gevraagd was, maar door den kerkeraad, omdat zijn gaven zoo gering waren, werd geweigerd. 't Geschil liep vrij hoog: in 1605 vroeg hij ontslag, terwijl men andrerzijds bewerkte dat een beroep naar Nisse op Zuid-Beveland, waarvan sprake was, mislukte. In 1606 had echter een verzoening plaats en nu bleef Pannelius nog voortwerken tot 1610. Toen vertrok hij naar Ellewoutsdijk en Oudelande, waar hij stond van 1610 tot 1612. Na vervolgens nog te Baarland (1612-17) en te Axel te hebben gestaan, is hij Juni 1633 of gestorven of emeritus geworden. We hebben van hem vertalingen over van Georg. Pacart, Tracta at van den Antichrist en van zijn rijk (Amst. 1608); Otho Casmannus, Vade mecum, cara piëtas, et rara charitas (Amst. 1609); Veertich tafereelen des Doods.... door Mr. Simon Goulart... (2e verbeterde druk, Amst. z.j., opdracht van 26 Febr. 1615); Grondlich bericht van de beroepinghe der predicanten.... door J. Acronium (1615) en in Petri Molinaei, Verscheyden.... Tractaten, .... in onse Nederduytsche tale overgheset (Amst. 1622); Corte en gemeynsame overdenckinghe om den siecken te vertroosten (Middelb. 1607); en 2o. Gerson, die 11 Juli 1596 als student te Leiden werd ingeschreven, in de jaren 1598, 1599 en 1601 exercitii gratia theses verdedigde, met Enoch Sterthemius en Antonius Walaeus bij den predikant Thomas Sprankhuizen heeft thuis gelegen en predikant is
geweest te Middelharnis (1601-03), Grijpskerke (Z.) (1603-15) en Middelburg (1615 tot zijn dood in 1636). Ook deze zoon is te Norwich geboren.
Zie: Biographie Nationale de Belgique in voce; J.J. van Toorenenbergen, Philips van Marnix van St. Aldegonde. Godsdienstige en kerkelijke geschriften I ('s Grav. 1878) 42, 43; J.H. Hessels, Ecclesiae Londino-Batavae Archivum II en III registers in voce; P.C. Molhuysen, Bronnen tot de geschiedenis der leidsche Universiteit 1 ('s Grav. 1913) 293*, 471*); Zeeland, Jaarboekje voor 1852 (Middelb.), 51 vv.; J.W. te Water, Kortverhaal der Reformatie in Zeeland (Middelb. 1766) 91, 113, 183, 184; H.Q. Janssen, De kerkhervorming in Vlaanderen (Arnh. 1868) en dez., De kerkhervorming te Brugge (Rott. 1856) registers in voce; J.H. Hessels, Register of the Attestations etc. (Amst. 1892) no. 77, waar echter voor Sudelande Oudelande moet gelezen; N.A. de Gaay Fortman, De Nederduitsch-Gereformeerde Kerk te Calais, in Gereformeerde Bijdragen I, 29-71 passim, Reitsma en van Veen, Acta III, 196.
van Schelven