Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 4
(1918)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 1052]
| |
Jan. 1828. Zij was gehuwd eerst met Sebastiaan Rauws, later met Mr. Nicolaas van Cuylenborgh, drossaard van de Zuiden Westerkwartieren van 't Markiezaat Bergen op Zoom. Vóór haar huwelijk vervaardigde zij tal van dichtstukken, meest van geschiedkundigen aard, die getuigen van een groote belezenheid der dichteres. Als 't meest bekend noemen we haar gedichten Op de Munstersche Vrede en Lof aan den Vaderlandsche landbouw. In vereeniging met Petronella Moens (II kol. 931) gaf zij Vaderlandsche dichtproeven uit (1791) en het dichtstuk Esther in 4 boeken (1781), dat een van wege de Synagoge te Amsterdam met gouden medaille bekroond werd. Ook aan andere gedichten van Petronella Moens had Adr. van Overstraten hare medewerking geschonken. In 1788 verscheen haar: Eerekrans op hare geboorteplaats Bergen op Zoom; in 1790 het treurspel Jacoba van Beijeren. Verder vindt men proeven van haar talent in de bundels der genootschappen waarvan zij lid was, als van het Rotterdamsche ‘Studium Scientiarum Genetrix’, de Goudsche Kamer van Rhetorica ‘De Goudsbloem’, alsmede van de destijds bestaande Utrechtsche en Amsterdamsche dicht- en letterlievende vereenigingen. Zie: Konst- en Letterbode 1828, 34 en 35; Uijlenbroek, Kleine dichterlijke handschriften (1788-1809), III, 73, en van der Aa, Parelen Nederl. dichteressen 87. Zuidema |
|