[Kleyn, Gerardus]
KLEYN (Gerardus), predikant bij de Ned. Herv. kerk, in 1696 te Groningen geb. en 4 Mrt. 1762 te Schiedam overl. Na zijn studiën aan de Gron. hoogeschool voltooid te hebben, werd hij in 1718 predikant te Bierum, in 1728 te Zunderdorp, in 1730 te Huissen, in 1740 te Appingedam, waar hem tevens het rectoraat der Latijnsche school werd opgedragen, en in 1741 te Schiedam. Men heeft onder meer van zijne hand: Inwijdingsrede bij het aanvaarden van het rectoraat der Latijnsche school te Appingedam (1740); Uitlegging of verklarende ontleding van den propheet Hozea. Naar het Latijn van J.A. Marck; 2 dln (1748), en De mens gestorven en bitter betreurd. Lijkrede op het overlijden van Zijne Doorluchtige Hoogheid W.K.H. Friso, prins van Oranje- Nassau, uitgesproken op 21 Oct. 1751 (1752).
Zie: Boekzaal der geleerde wereld op de genoemde jaren; Brucherus, Gedenkboek van Stad en Lande 54, en Glasius, Godgel. Nederl. II, 270 en III, 666.
Zuidema