[Goddard, Quirinus Johannes]
GODDARD (Quirinus Johannes), geb. 8 Febr. 1816 te Schiedam, overl. 15 Mei 1906 te Rotterdam, was de zoon van John Goddard en Antonia Johanna Boonders van Gilse. Zijne eerste medische opleiding kreeg hij aan de klinische school te Rotterdam, waarna hij op 6 April 1835 werd toegelaten als stedelijk heelen vroedmeester. Hiermede niet tevreden ging hij naar Leiden, waar hij, 19 Mrt. 1838, ingeschreven als student in de geneeskunde op 3 Juli 1841 promoveerde na verdediging van een proefschrift: Observatio anatomico-pathologica de vitio hepatis organico. Hij vestigde zich als geneesheer te Rotterdam en werd aangesteld als prosector bij de anatomie aan de klinische school. 24 Juni 1851 werd hij benoemd tot lector in de ontleedkunde en natuurkunde van den mensch aan dezelfde inrichting, en hield op 15 Sept. 1851 eene openbare les, waarin hij sprak Over de betrekking der anatomie en physiologie tot de geneeskunde. Tot de opheffing der school was hij in deze betrekking met grooten ijver en toewijding werkzaam en zijne belangstelling voor de wetenschappelijke beteekenis van de ontleedkunde ook op ander gebied dan het speciaal geneeskundige maakte, dat men hem aan de Academie voor beeldende kunsten en technische wetenschappen het onderwijs in dat vak opdroeg, welke betrekking hij tot weinige jaren vóór zijn dood waarnam. Als mede-oprichter van het Doofstommen-Instituut en lid van het gezelschap ‘Disce Docendus Adhuc’ nam hij ijverig deel aan de werkzaamheden, zooals wat het laatste betreft blijkt uit de verslagen der vergaderingen opgenomen in het Nederl. Weekblad voor Geneesk. I-VI (1851-1856) en het Nederl. Tijds. v. Geneesk. I-VIII (1857-1864). Verder zag van hem het licht: Zangen
voor de studenten der geneeskundige school (Rott. 1826); Luimen mijner muze (Rott. 1840); Verslag van de lijkopening eener vrouw bij welke dertig jaren te voren de exstirpatio uteri was verrigt, in Tijds. v.d. Nederl. Maats. t.b.d. Geneesk. 1852, II, 2e afd. 48; Aanteekeningen over de anatomie van den cryptobranchus Japonicus met F.J.J. Schmidt en J. van der Hoeven Jzn.; Het doel en de vruchten der gymnastiek, Leezingen (Rott. 1872).
Simon Thomas