[Eylaers, Gerardus]
EYLAERS (Gerardus), geb. te Oldenzaal. overl. 11 Aug. 1689 te Emmerik. Hij deed zijn theologische studiën te Keulen en werd in een tijd dat de uitoefening van den katholieken godsdienst in Twente was verboden, pastoor van Delden. De gevaren trotseerend, nam hij tevens de bediening van omliggende verlaten parochies waar. Later kreeg hij tot medehelper den lateren Apostolischen Vicaris Ger. Potkamp, wien in 1665 de zorg van Borne werd opgedragen. Na het vertrek der munstersche troepen in 1674 was het nog gevaarlijker geworden. Zij richtten nu een huis op het erve Oorthuis, in Altstede in het diocees Munster gelegen, tot noodkapel in voor de katholieken van Twente. 's Nachts gingen zij de zieken bedienen. Hij werd tweemaal gevangen genomen, eens mishandeld en aan een paardestaart gebonden naar de gevangenis gesleept. In 1680 had zijn gezondheid zóó geleden, dat hem een gemakkelijker parochie werd gegeven te Nierop en omliggende plaatsen ('t Veld) in Noord-Holland. In een naamlijst van 1688 wordt hij als zoodanig nog genoemd. Doch ook hier herstelde hij niet. Wegens zwakte, lijden en ouderdom deed hij afstand en trok naar de Broeders van het Gemeene Leven te Emmerik, waar hij bleef tot aan zijn dood.
Zie: van Heusden-van Rijn, Kerk. Hist. en Oudheden (folio-uitgave) IV, 263; VI, 523, 660; Geerdink. Eenige Bijdragen Twenthe 111, 134, 360, 383; Archief Aartsb. Utrecht VII, 407; Bijdragen Bisdom Haarlem V, 116; Röring, Kerkelijk en Wereldlijk Twente I, 31, 37; Kerkelijk Nederland 1856: Mengelwerk 5-6.
Janssen