ven van onderwijs, tot Thorbecke hem overhaalde en hem op 1 Jun. 1864 benoemde tot hoogleeraar in de geneeskunde te Leiden, welke betrekking hij reeds op 23 Sept. d.a.v. aanvaardde met eene rede, getit. De ervaring aan het ziekbed als de grondslag der eigenlijke geneeskunst (Leid. 1864). Als raadgever van Thorbecke op het gebied van medische zaken had hij een belangrijken invloed op het tot stand komen van de geneeskundige wetten van 1865.
In 1869 opgetreden als rector-magnificus, kon hij op 8 Febr. 1870 deze waardigheid niet overdragen aan zijn opvolger, omdat hij tot herstel van gezondheid in het buitenland vertoefde. Met het oog op zijne gezondheid vroeg hij 1 Mei 1873 ontslag uit zijne betrekking en nam op 30 April op plechtige wijze afscheid van zijne leerlingen. Hij behield den titel van hoogleeraar en vestigde zich weer te 's Gravenhage, waar hij echter alleen consultatieve praktijk uitoefende. Zoowel te Leiden als te 's Gravenhage was hij lid van den gemeenteraad en nam hij het initiatief tot menigen nuttigen maatregel op hygiënisch gebied. Zijne adviezen werden zeer gewaardeerd en als lid van de commissie voor het gemeente-ziekenhuis te 's Gravenhage was zijn arbeid van grooten invloed. In 1884 nam hij zijn ontslag als lid van den raad, daartoe gedwongen door eene ernstige ongesteldheid, waarvoor hij in het buiteland herstel hoopte te vinden.
Zijn portret is gegraveerd door D.J. Sluyter.
Bibliographie: De verbetering van ons geneeskundig onderwijs in Gids 1848, II, 615; Gezondheidsleer-Voeding met J. de Witte van Citters, Ibid. 1851, I, no. 39; Iets over bronchitis getrokken uit de lessen van Dr. Gendrin, gehouden in de Ecole pratique te Parijs in 1842, in Boerhaave. Tijds. v. genees-, heel-, verlos- en artsenijmengkunde, N.S. III, 1844, 1; Tetanus febrilis, Ibid. 164; De maatschappij tot bevordering der geneeskunde en het ontwerp van wet, in Ned. Tijdschr. v. Geneesk. 1863, 79; De sterfte der kraamvrouwen voor eene eeuw en thans, Ibid. 1864, 147; Statistieke opgave omtrent het begin en het ophouden der menstruatie, Ibid. 1837, I, 407; Beteekenis van den leeftijd voor de cholera-sterfte, Ibid. 1884, 1089; Nog iets over het voorstel Oldambt en de toelichting des heeren Kg, Ibid. 1885, I, 477; Statistiek van het jaarlijksch verloop van sommige ziekten in iedere straat van 's Gravenhage, 1815-55, 1866-83 ('s Grav. 1884).
Zie over hem: Dr. Johan Christiaan Gottlob Evers, door A.J. Servaas van Rooyen, in Het Leeskabinet 1886, I, 177, met portret.
Simon Thomas