[Crommedijck, Sieuwert Jansz.]
CROMMEDIJCK (Sieuwert Jansz.), geb. te Enkhuizen 1527, overl. aldaar tusschen 1601 en 1604, aldaar gehuwd met Dieuw Simonsdr. Semeyns, geb. 1532, overl. 1607. Hij was te Enkhuizen reeder, zoutzieder, armenvoogd van het Anthonie gasthuis, in 1574 goedeman in het geschil met Jan de Biscop; hij was eigenaar van eene boekerij en woonde 1588 aan de westzijde van de Breestraat.
In 1566 werd hij door Alva beschuldigd in zijne zoutkeet te hebben laten prediken, in 1572 was hij een der kapiteins, gekozen om de orde in de stad te bewaren, en in het zelfde jaar vinden wij hem in proces met Jan Violet van Londen als borg voor 220 £ st. ten profijte van de Koningin van Engeland, die die kosten heeft moeten betalen voor schipper Pieter Simonsz. Semeyns van Enkhuizen en voor welken Violet, Crommedijck zich contraborg had gesteld.
De prins benoemde hem in 1573 tot een der drie aan Sonoy toegevoegde raadslieden om met dezen in alle vergaderingen over zaken den krijgshandel en 't gemeeneland betreffende te beraadslagen. 2 Febr. 1576 verklaarde hij ten versoecke van Willem Fredericsz, ontvanger van de 100e. penning, dat hij verselschapt is geweest in 't paradijs te Enkhuizen en dat aldaar woorden zijn gevallen in 't ‘deviseeren’ van geuzenzilver en het verkoopen te Alkmaar van zakken met zilver door zekere Meynu Moer, vrouw van Oom Thijs.
In Aug. 1587 werden te zijner instantie verklaringen afgelegd over zijn gedrag in den slag op de Zuiderzee, zijn partijkiezen voor Leycester of Maurits, en over zijne verdachtmaking door zekeren Steven Stevensz.
In 1588 was hij lid der vergadering in den Haag om maatregelen te nemen tegen de Spaansche vloot en in 1589 lid van het collegie ter Admiraliteit. In 1590 blijkt, dat hij aan de admiraliteit van Amsterdam kennis heeft gegeven van bedriegerijen bij de uitbetaling van krijgsvolk en ook dat hij verdacht is geweest van ontrouw in het begin van de troebelen, doch dat hij zich heeft gezuiverd door een beroep op burgemeester Pieter Lz. Buyskes.
Zie: Familiearchief Semeyns
de Vries van Doesburgh
Auteursrecht onbekend