[Boeles, Jetzo]
BOELES Pz. (Jetzo), geb. 14 Aug. 1818 te Pingjum, gest. 14 Sept. 1857, zoon van Ds. P. Boeles, studeerde te Groningen in de theologie en in de letteren. In beide vakken promoveerde hij respectievelijk op twee dissertaties: De mysteriis in religione Christiana en Diatribe de hominis immortalitate, imprimis secundum Ciceronem (1843). Hij was predikant te Hornhuizen c.a. (1844-53) en te Warfhuizen (1853-57). Hij gaf in het licht eenige leerredenen, enkele oudheidkundige bijdragen in den Gron. Volksalmanak en Collatieregt en landstractement, beschouwd naar aanleiding van een over dit te Warfhuizen gevoerd geding (Gron. 1856).
Zie: Visscher en v. Langeraad, Het Prot. Vaderl. I, 456-57.
Wumkes