[Berckel, Joannes van]
BERCKEL (Joannes van), soms verkeerd Beckelius geschreven, geb. te 's Hertogenbosch 15 Febr. 1533 of 1534, overl. te Keulen 23 Maart 1579. Hij was vermoedelijk het elfde kind van Jor. Aelbert van B., schepen van Den Bosch, en Elisabeth Hendriksdr. Horenkens, en schijnt eenigen tijd aan het hof te Brussel geleefd te hebben. In de paedagogie van ‘den Borch’ te Leuven woonde hij de natuurkundige lessen bij en toen hij, op reis naar Rome, zijn bloedverwanten te Keulen bezocht, die daar in de Societeit van Jezus waren getreden, volgde hij 29 Juli 1556 hun voorbeeld. 22 Sept. 1558 behaalde hij er den graad van baccalaureus in de theologie, was er in 1560 leeraar in het Driekronen-college en vertrok kort daarop naar Rome, waar hij tot doctor in de theologie bevorderd werd. In 1562 werd hij belast met het bestuur van het in dat jaar geopende college te Doornik. Omstreeks Paschen 1564 kwam hij te Trier om den leerstoel van scholastieke theologie en Hebreeuwsche taal te bekleeden. In 1568 ging hij voor de belangen der Nederduitsche provincie zijner orde naar Rome. Na zijn terugkeer spoorde hij den nieuwbenoemden aartsbisschop Jacob von Eltz tot de afkondiging van de decreten der Trentsche kerkvergadering aan, en preekte op verschillende plaatsen van het bisdom met kracht tegen de verslapping des geloofs en de verbastering der zeden.
Zie: Studien. Godsdienst, Wetensch., Letteren, LXVI, 282; Hansen, Rheinische Akten zur Geschichte des Jesuitenordens (Bonn 1896) regist. i.v.; Manareus, De rebus Soc. Jesu commentarius (Florentiae 1886) 41, 42; Sacchinus, Historia Soc. Jesu, Pars 3a. fol. 228, 288.
van Miert