[Ruysch, Johannes]
RUYSCH (Johannes), zoon van Johannes Ruysch van Pijlsweert en Catharina van der Borch, overl. te Utrecht 27 Aug. 1545, was licentiaat in de beide rechten, werd 4 Juli 1523 toegelaten tot een prebende in het kapittel van St. Pieter en 24 Maart 1540 tot een prebende in het Domkapittel, 11 Jan. 1543 tot het supplementum prebendae. Zijn grafschrift noemt hem Joannes Rues.
Zie: E.B.F.F. Wittert van Hoogland, Bijdr. t.d. gesch. der Utr. ridderhofsteden en heerlijkheden II ('s-Grav. 1912) 165; Bijdr. en Med. Hist. Gen. XXVII (1906) 176; wellicht is hij de in 1532 te Orleans ingeschreven Joh. Ruysch (Album Stud. Aurelian. Natio Germ., 14).
van Kuyk