[Rengers van Oldenhuis en Post, Jor. Johan (2)]
RENGERS VAN OLDENHUIS EN POST (Jor. Johan) (2), zoon van jor. Egbert en His Tuinga van Tuingaborg. Hij was hoveling te Ten Post, Garrelsweer enz., en werd door hertog Albrecht van Saksen beleend met Ten Post, Garrelsweer, Sideborn, Hellum, Silwald, Slochteren 8 Octob. 1499. Hij was rentmeester van den Bisschop van Utrecht te Coevorden 1461, bevelhebber van het leger van Graaf Edzard van Oost-Friesland 1499, raad van Hertog Karel van Gelre 5 Januari 1531 en meermalen gezant. In den strijd van hertog Albrecht van Saksen en graaf Edzard van Oost-Friesland tegen Groningen koos hij de partij van den hertog. Toen deze 12 September 1560 te Emden overleed, stond Johan Rengers aan zijn sterfbed. De kinderen van den hertog zetten met Graaf Edzard den strijd voort en versloegen het leger van Groningen bij Solwert, Juni 1501. Door bemiddeling van den Bisschop van Utrecht had in October 1505 een luisterrijke bijeenkomst te Hattem plaats onder leiding van den duitschen hofkanselier, graaf van Zörn. Graaf Edzard en de Bisschop van Utrecht waren met gevolg verschenen en de Koning van Spanje en de Hertog van Saksen zonden afgezanten. Johan Rengers was vertegenwoordiger van den Ommelander adel. Het vergelijk kwam niet tot stand. Groningen werd belegerd en in April 1506 sloot de stad een verdrag met den Graaf van Oost-Friesland, waarbij zij hem als heer erkende en de bevoegdheid verleende om in naam van het Duitsche Rijk de stad te bezetten. Bij Graaf Edzard's luisterrijken intocht was Johan Rengers bevelhebber der grafelijke troepen. Hij stierf 27 Maart 1539 en was gehuwd met Jutte Ten Water, erfdochter van den Arentshorst bij Ommen in Overijssel.
Wittert van Hoogland