[Reitz, Johan Heinrich]
REITZ (Johan Heinrich), geb. 4 Juli 1655 en overl. 20 Nov. 1720, zoon van Adam R. en Sibilla Hartung; werd 7 Dec. 1679 te Leiden ingeschreven als stud. theol., was eerst een tijdlang predikant en ‘Schul-inspector’ te Offenbach en Solms, waar hij een aantal werken over godgeleerdheid schreef, o.a. Der geöffnete Himmel (1696), doch werd wegens al te vrijzinnige gevoelens uit zijn ambt ontzet. Hij vestigde zich toen als onderwijzer te Neder-Wezel en daarna te Terborg in het graafschap Zutphen. In laatstgenoemde stad richtte hij een kostschool op, die weldra tot grooten bloei geraakte. Reitz was 25 Apr. 1682 getrouwd met Anna Catharina Rothenburger en, als weduwnaar, 27 Jan. 1693 met Anna Maria Meerman.
Behalve Johan Friedrich (1), Willem Otto (kol. 1051), en Karel Koenraad, die volgt, sproot uit het laatste huwelijk ook Charlotte Sophie (zie boven).
Zie: Nagtglas, Levenber. van Zeeuwen II (1893) 496.
Zuidema