Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 3

[Reede tot Nederhorst, Pieter baron van]

REEDE TOT NEDERHORST (Pieter baron van), door zijn huwelijk heer van Oudshoorn, Gnephoek en Ridderbuurt. Geb. te Utrecht

[p. 1027]

21 Oct. 1645, gedoopt in den Dom 27 Oct., overleden te Enghien 30 Oct. 1692; zoon van Barend Adolph, (kol. 1023), en van Constantia Magnus.

Hij trad in militairen dienst, was eerst kapitein en later majoor in het regiment van Waldeck, nam deel aan de meeste veldtochten onder Willem III, werd 3 Aug. 1692 in den slag bij Steenkerken doodelijk gewond en bezweek aan zijn bekomen kwetsuren 30 Oct. d.a.v. te Enghien. Zijn lijk werd gebalsemd, naar Oudshoorn vervoerd en daar in den grafkelder der de Vlamings van Oudshoorn 14 Nov. bijgezet. Een wapenbord, waarop zijn zestien kwartieren voorkwamen, ter herinnering aan hem in de kerk opgehangen, werd daaruit in den revolutietijd verwijderd en vernietigd.

Als kapitein te Maastricht in garnizoen, huwde hij te Oudshoorn 12 Juli 1684 met jkvr. Maria van Outshoorn, vrouwe van Oudshoorn c.a., geb. te Amsterdam 17 April 1646, overl. op het huis ‘Rijnoord’ te Oudshoorn 6 Januari 1732; dochter van jhr. Cornelis de Vlaming van Outshoorn, ridder, hoogschout van Amsterdam, en van Claesje Hooft.

Uit dit huwelijk sproot slechts één zoon, die de namen van zijn beide grootvaders ontving, Barend Cornelis, de eerste die den naam van Reede van Oudtshoorn voerde. Hij volgt.

Portretten van Pieter van Reede en van zijn echtgenoote, geschilderd door een onbekende, zijn in het bezit van B.C. baron van Reede van Oudtshoorn te Assen; de man met allonge-pruik, gekleed in het harnas met de oranjesjerp ‘en noeud’ om den linkerarm en den helmhoed in de hand; de vrouw gekleed in purperen mantel. met een collier om den hals, een brillanten speld vasthoudende, die den mantel moet sluiten.

Zie: Alg. Nederl. Familieblad XIII, 11; XV, 15, 16, 165.

Regt