[Reede-ginckel, Willem Gustaaf Frederik graaf van]
REEDE-GINCKEL (Willem Gustaaf Frederik graaf van), baron van Agrim, IXe graaf van Athlone, vrijheer van Amerongen etc. Geb. te Utrecht 21 Juli 1780, gedoopt in de fransche kerk 23 Juli, overl. te 's Gravenhage 21 Mei 1844; zoon van F.C.R. graaf van Reede-Ginckel (kol. 1014) en van A.E.C. barones van Tuyll van Serooskerken.
Bij organiek besluit van 28 Aug. 1814 lid der ridderschap van Gelderland. Zijn titel van rijksgraaf werd bij kon. besl. van 17 Maart 1822 erkend. Jonker der D. Orde bij kon. besl. van 6 Juni 1841. Kamerheer van Willem I. Lid der provinciale Staten van Gelderland. Na den vroegtijdigen dood van George Godard Henry, den VIIIen graaf van Athlone (zie kol. 1021), ging de graventitel en het pairschap op hem over. Hij overleed echter in het volgend jaar zonder kinderen na te laten en met hem stierf het gravenhuis van Athlone uit.
Zijn lijk werd per stoomboot ‘de Maas’ vervoerd naar Arnhem en te Ellecom begraven.
Hij huwde te Amsterdam 7 Sept. 1814 met jkvr. Wendela Eleonora Boreel, geb. te 's Gravenhage 11 Juli 1792, gedoopt eng. kerk 22 Juli, overl. te Ellecom 30 Jan. 1868; dochter van Jhr. Mr. Jacob, heer van Hogelanden, en van Johanna Margaretha Munter.
Van Reede legateerde het landgoed Middachten aan zijn neef Charles graaf v. Aldenburg Bentinck, en Amerongen aan zijn nicht Elisabeth Mary gravin van Reede Ginckel, echtgenoote van Mr. Frederik William Child-Villiers (zie kol. 1021).
Regt