Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 3

[Reede Van Drakestein, Gerard van]

REEDE VAN DRAKESTEIN (Gerard van), heer van de Vuursche en Drakestein, bij doode zijns vaders. Geb. vermoedel. te Utrecht, overleden 14 Octob. 1669; zoon van den voorg. en van Elisabeth van Utenhove.

Hij werd beschreven in de ridderschap van Utrecht 16 Febr. 1642, werd wegens Utrecht 7 Januari 1641 gecommitteerd als raad ter admiraliteit te Amsterdam en werd 25 Mei 1645 stadhouder van de leenen.

[p. 1011]

Hij neemt door schenking van land en geld een werkzaam aandeel in de stichting der ned. herv. kerk en gemeente te Vuursche en nam ook zitting in den eersten kerkeraad. De kerk werd ingewijd 1659.

Van Reede, die een deerlijk met schulden bezwaarden boedel naliet, is tweemaal gehuwd geweest. Eerst te Utrecht in Jan. 1645 met Catharina van Teylingen, gedoopt te Alkmaar 28 Juli 1619, overl. 27 Aug. 1653 (een wapenbord met een weidsch opschrift werd in de nieuwe kerk te Vuursche opgehangen), dochter van Floris en van Eleonora Vivien. Daarna 26 Nov. 1654 met Margaretha van Reede tot Nederhorst, overl. daags vóór haar man, 13 Oct. 1669, dochter van Godard, den ambassadeur, en van Emerentia Oem van Wijngaarden (kol. 1025).

Een dochter, Henriëtte, schonk aan de gemeente te Vuursche een zilveren beker, ten gebruike bij het avondmaal. Een zoon Godard sneuvelde voor Ryssel. Een andere zoon Frederik Hendrik huwde Johanna Schade en won minstens één zoon, Gerard Godard van Reede, van wien echter niets bekend is.

Zie: Catal. van het stadsarchief te Utrecht II no. 954, 55, 56: Michael Verboom, Jeremias getrouwen Raad .... (herdenking 100 jarig bestaan der kerk aan de Vuursche, 5 Juni 1757).

Regt