Bentheim. Hij hield de zijde van den spaanschen koning en komt dan ook 16 Nov. 1582 voor op een lijst van hen die ‘heulden’ met het hof van Madrid en wier goederen volgens besluit van den landdag van Overijsel (16 Nov. 1582) zouden worden verbeurd verklaard. Hij heet daar ‘Henrick van Rehede.’ Reeds eerder had hij van die gevoelens blijk gegeven. In of vóór 1580 maakte hij zich meester van het huis te Saesveld, dat zijn broeder Goert toebehoorde, want op 11 Mei 1580 schrijft Goossen van Raesfelt, drost van Twenthe, aan de stad Kampen dat hij ten behoeve van Goert van Reede, heer te Amerongen, het slot Saesveld heeft veroverd, hetwelk door diens broeder Hendrik eenigen tijd met geweld ingenomen was.
Hij huwde 25 of 27 Juni 1574 met Elisabeth, gravin van Mansfeld-Arnstein, geb. 5 April 1555, dochter van Jan Albert, graaf te Arnstein en van Magdalena, gravin van Schwarzburg.
Uit dit huwelijk sproten elf kinderen, die r. kath. bleven en tot groot aanzien geraakten, maar wier nakomelingschap in het midden der 18e eeuw is uitgestorven.
Zie: van Doorninck, Gesl. Aant., 65; Bijdr. Gesch. v. Overijsel IV, 181.
Regt