[Penon, Georg]
PENON (Georg), bekwaam letterkundige, 12 Mei 1850 te Meeden (prov. Gron.) geb. en 1 Mei 1890 te Amsterdam overl. Zijn ouders waren Daniel Johannes P., med. dr. op genoemd dorp, en Everdina Abelia Henrica Kijlstra. Na het gymnasium te Winschoten bezocht te hebheb, studeerde hij eerst te Groningen, vervolgens te Leiden in de letteren en promoveerde 22 Dec. 1873 op een diss.: Historische en bibliographische beschouwingen van Vondels Hekeldichten. In 1875 tot leeraar a.d.H.B.S. te Tiel benoemd, werd hij het volgend jaar leeraar a.d.R.H.B. te Warfum en ging het daaropvolgend jaar in diezelfde betrekking naar Groningen over. Sept. 1889 werd hij leeraar aan het stedelijk gymnasium te Amsterdam.
Penon was behalve uitstekend docent, een degelijk geleerde, grondig kenner der ned. taal- en letterkunde bovenal, daarbij een bibliograaf onzer letteren als weinigen. ‘Al zijn werk draagt den stempel van betrouwbaarheid en volledigheid; niets deed hij ten halve’. Bovendien was hij een edel mensch. Bescheiden en eenvoudig, ‘was hij zóó waarheidslievend, dat hij, als Epamimondas, zelfs niet uit scherts kon liegen’, gelijk de schrijver zijner biografie in den Ned. Spect. opmerkt.
Behalve zijn dissertatie schreef Penon: Max Müllers uitkomsten van de wetenschap der taalkunde, Uit het Duitsch vertaald en met een inleidend woord van H.E. Moltzer (1872). Verder: Bijdragen tot de geschiedenis der Ned. Letterkunde (1879-84; 3 dln.); Ned. dicht- en prozawerken. Bloemlezing uit de Ned. letteren, ten gebruike bij W.J.A. Jonckbloet's Geschiedenis der Ned. Letterkunde, met belangrijke aanteekeningen vooral in den bundel die het Middelnederlandsch bevat (1885-88); Bloemlezing uit Middelnederlandsche dichters, oorspronkelijk bijeenverzameld door E. Verwijs; met een Glossarium (1884 e.v.). Eindelijk bezorgde hij een nieuwe uitgave van Jonckbloet's Beknopte Geschiedenis der Ned. Letterkunde (1886) en van Jonckbloet's grootere Gesch. der Ned. Letterk. (voortgezet door C. Honigh) en schreef hij tal van bijdragen in de Taal- en Letterbode, den Ned. Spectator, het Weekbl. voor Onderwijs, het Schoolblad, de Banier enz. Een zijner laatste bijdragen gaf hij in den Feestbundel, aangeboden aan prof. M. de Vries bij gelegenheid van diens 40-jarige ambtsbediening (28 Nov. 1889).
Penon was gehuwd, te Warfum, met Anje Reinders, die hem zes kinderen schonk.
Zie: J. Verdam in Ned. Spect. 1890, 168, en J. te Winkel, Vondeliana van Dr. G. Penon in Hist. avonden van het Hist Genootsch. te Groningen, 1896, 277.
Zuidema