[Feenstra, Thijs]
FEENSTRA (Thijs), geb. 17 Aug. 1765 te Franeker, overl. 23 Nov. 1840 te Veenwouden, legde zich toe op den handel, huwde met Rinske Scheltinga, vestigde zich te Dokkum, was bevriend met Stuart, Westerbaan, de Crane, Siegenbeek, H. en T. Schonegevel, beoefende wis-, natuurkunde en geschiedenis en deed in de plaats van zijn inwoning veel voor het schoolwezen. Hij klom op van provisioneel volksrepresentant tot lid van het intermediair administratief bestuur (1798) en werd 1802 lid van het departementaal bestuur. Na de omwenteling in 1813 werd hij lid van den Raad der stad Leeuwarden; hij werd in 1821 tot burgemeester benoemd, in welke betrekking hij in 1824 bij de nieuwe organisatie van het bestuur aan het hoofd der stadsregeering geplaatst werd. Hij gaf zich veel moeite tot het herstel der stedelijke financiën en werkte mede aan vele belangrijke ondernemingen, zooals de vernieuwde bestrating, de verbeterde straatverlichting, het wegbreken der poorten, den aanleg van plantsoenen, kade, veemarkt en de stedelijke begraafplaats. In het begin van 1840 kreeg hij eervol ontslag, bracht nog eenige maanden van rust door op zijn buitenverblijf ‘de Schierstins’ en ontsliep daar.
Wumkes