gebergte op een najaarsdag voorstellende, werd verkocht voor 3000 dollars. Meer naam nog dan als schilder heeft v.E. als etser gemaakt; hij werkte steeds op bestelling; zijn oeuvre bestaat uit een 70-tal, waaronder vele van kolossale grootte, bosch- en riviergezichten in de Vereen. Staten en in Holland. Als lid der Nat. Academie te N. York, daartoe in 1871 benoemd, en der Etsclub heeft hij werkelijken invloed op de kunst in Noord-Amerika uitgeoefend. In 1870 bereisde hij Nederland, België, Duitschland, Frankrijk en Engeland en ontving hij te Amsterdam en Rotterdam veel eerbewijs. Op een zijner tochten naar het moederland huwde hij 9 Juli 1874 Margaretha Rudolpha Westerman Holsteyn, directrice der
eerste hoogere burgerschool voor meisjes te Amsterdam, die hem eene dochter heeft geschonken, van wier hand een goed geschilderd portret haars vaders het museum te Alkmaar siert. Van E. begiftigde deze instelling in 1892 met zijne etsen en vermaakte er 2 schilderijen aan. Hij had in Juli 1897 Amerika verlaten en sedert te Parijs gewoond.
Zie: Hofdijk, Tafereelen in Arti et Amicitiae (Amst. 1862), 9; Elseviers Geïll. Maandschrift III, 341, artikel door H.M. Krabbé, met slecht portret (kleine betere verschenen in 1904 in De Prins en Wereldkroniek); Meyers Konversations-Lexikon, XVII (Leipzig 1880), 513: Bruinvis, Beeldende Kunstenaars te Alkmaar, 13; Oud-Holland 1909, 117.
Bruinvis