[Crabeth, Wouter Pieters]
CRABETH (Wouter Pieters), overl. in Juni 1644 (begr. in de St. Janskerk te Gouda, 27 Juni), kleinzoon van den glasschilder W.P.C. (zie voorg. artikel), zoon van Pieter Wouters Crabeth en Marritgen Jan Huygen de Jonge. Hij trouwde 3 Sept. 1628 met Adriana Gerrits Vroesen. Beëedigd als schutter 27 Juli 1626. Capiteyn bij de schut terij 1628, 1636-38, 1640, 1641, 1644, ook quartiermeester 1636-39.
Wouter Crabeth wordt genoemd een der beste leerlingen van den schilder Cornelis Ketel. Voor zijn kunst bezocht hij Frankrijk en Italië; hij oefende zich vooral te Rome. Eerst na dertienjarige afwezigheid keerde hij in Gouda terug. Hier vervaardigde hij o.a. een altaarstuk, een Maria Hemelvaart. Zijn laatste groote stuk, anno 1644, was een uitbeelding van den krijgs (schutters)raad te Gouda, vroeger op de zaal in de St. Joris Doelen, nu in het goudsche museum van oudheden. Voor dit werk werd aan Cr. 400 gulden toegezegd.
Zie: Walvis I, 334; Obreen's Archief IV, 274, VI, 279; Cat. sted. mus. Gouda no. 221; Rekeningen der St. Janskerk; Thieme u. Becker, Allg. Lex. bild. Künstler, in voce.
Huges