[Clant, Edzard Jacob (2)]
CLANT (Edzard Jacob) (2), heer van Hanckema. Geb. op Hanckema 15 Sept. 1698, overl. in 1750, zoon van Maurits (zie op Dirk, kol. 220) en van Bouwina Clant.
Lid der Gedep. Staten 1721, 22, 36, 39, 40, 45 en 46, luit. der Hoofdmannenkamer te Groningen in 1737 en 38; curator der Acad. 1739, 40, 47-49, lid van den Raad van State 1741-44. In 1748 was hij lid der Staten van Groningen voor de Ommelanden en teekende als zoodanig mede de 23 artikelen, in die troebele tijden door de oldambtster volmachten ingediend ter betere regeling van eenige oldambtster belangen, zooals over het Trekdiep. 16 Mei 1748 werd hij door de oproerige burgers en boeren van zijn borg Hanckema gehaald en met een groot escorte naar het Provinciehuis gebracht, waar men hem en de andere staatsleden dwong den Prins van Oranje en Nassau tot stadhouder te verheffen. Twee jaar later overleed hij, bij zijn echtgen. Swana Alegonda Gruys, met wie hij 8 Juli 1728 was gehuwd, twee zoons nalatende, waarvan de eene, Daniël Jacob Clant, als lid der Gedep. Staten in 1768 ongehuwd overleed, en de tweede, Maurits, volgt (kol. 224).
Zie: Kymmell, a.b.
Regt