[Beveren, Maria van]
BEVEREN (Maria van), geb. te Dordrecht in 1551, gest. aldaar 1634, dochter van Cornelis van Beveren (1) en Maria van der Valk (kol. 107). Zij onderscheidde zich in de dagen van vervolging der hervormden en doopsgezinden, door de personen, die van ketterij verdacht werden, tijdig te waarschuwen, zoodat zij het dreigend gevaar voor hun leven ontvluchten konden. Hare wetenschap in dezen verkreeg zij van hare moeder, die van haar echtgenoot, in het geheim de Hervorming toegedaan en bewogen met de vervolgde ketters, de namen ontving van de bedreigden. Zij was gehuwd met Adam Voogd, wijnkooper van Straatsburg, die, om het lot van zoovele anderen te ontgaan, had moeten vluchten, maar na de omwenteling was teruggekeerd. Na zijn dood (1575) hertrouwde zij met Cornelis Ryser, gest. 1606. Uit het eerste huwelijk sproot één dochter Anna, uit het tweede een zoon en twee dochters.
Zie: Balen, Beschr. van Dordr. 840, 841, 959 a; Bosboom Toussaint, De van Beverens.
van Dalen