omwenteling van 1795 protesteerde B. tegen een onvoorzichtige uitlating van den aartspriester H.F. Ten Hulscher, wat aanleiding gaf tot een pamflettenstrijd. In 1798 bedreigde hij den heer Hulew van Rolduc met een proces, omdat deze van B. beweerd had, dat hij den gevraagden eed van souvereiniteit des volks, haat aan het koningschap etc. voor geoorloofd verklaarde. B. trad in briefwisseling met den algemeenen overste der Jezuïeten in Rusland, Gabriel Gruber, die hem 13 Dec. 1803 in de societeit van Jezus weer opnam, en in 1805 benoemde tot eersten overste der herstelde Jezuïetenmissie in Nederland. In deze hoedanigheid zond hij jeugdige krachten naar Rusland om daar Jezuïet te worden o.a. Roothaan, en werkte ook mede om in Noord-Amerika de societeit van Jezus uit te breiden.
Zijn portret is in 1791 gegraveerd.
Zie: H.J. Allard, De St. Franciscus- Xaveriuskerk te Amsterdam (Amsterdam 1904) 107-145; C. Sommervogel, Bibliothèque d.l. Comp. de Jésus (Bruxelles 1890) I, 1117; Studiën LXXVIII, 39; LXXIX, 13.
Derks