Niet als medicus heeft hij zich naam verworven maar als letterkundige; hij bekleedt zelfs een niet onbelangrijke plaats onder de nederlandsche dichters uit het eerste vierendeel der zeventiende eeuw. Van zijne Wintersche avonden beweerde Blommaert dat zij nog een herdruk zouden verdienen.
Achtereenvolgens zag van hem het licht: De Vyt-spraecke van Anna Vyt den Hove (Die te Brussel om de suyvere leere moordadelick is ghedolven gheweest) (Leyden, Chr. Guyot, 1598 in 4o. Gedichten); Een Christelick lof-verhael van den treffelicken veldtslagh die sijne Princelicke Excellentie den 2 July 1660 in Vlaenderen heeft ghewonnen (Leyden, Chr. Guyot. 1600 in 4o.; Gedicht van 38 koepletten op den slag bij Nieuwpoort); Den Spieghel van de Spaensche Tyrannie: waer bij ghevoeght is Eene vreughdighe vieringhe over het veroveren van de steden Rijn-berck (Amst. H. de Buck, 1601 in 4o.; Twee gedichten van 47 en 13 koepletten); Handboeck, of Cort begrijp der caerten ende beschrijvingen van alle landen des werelds (Amst., C. Claesz. 1609 in 12o. oblongo; geen oorspronkelijk werk, maar compilatie); Lusthof van de christene ziele (Leyden, 1609 in 4o.); Het reys-gheldt van de uterste of laetste reyse .... vergadert ... van ... Nathan Chytraeus ... ende nu uyt de latijnsche.... sprake vertaelt van Jacobus Viverius (Amst, M. Colijn, 1610 in 4o.); Wintersche avonden of Nederlandsche vertellingen door Philologus Philiatros à Gandâ (Amst., 1610 kl. in 8o.); deze verzameling voorvallen, anecdoten enz. bevat tal van gegevens voor de kennis van het leven van Viverius. Eerst op de door Jan Zoet bezorgde uitgave van 1650 komt zijn naam als auteur voor; ze werd nog in 1665 herdrukt; Clachte ende vertroost nghe over het Christelijck overlijden van .... Jo. Hallius .... (Amst. D. Pietersz. 1619 in 4o.); anonym uitgegeven, is
de Clachte echter onderteekend met Viverius' spreuk ‘De doodt doet leven’; De handt Godes of een Christelick verhael van een Peste of gaeve Godes (Gedicht; (Delf, J. Andriesz. 1624 in 4o. herdrukt in 1636); Tien Christelijke gesangen tot loj van .... Jesus Christus. (Amst. herdrukt in 1634). Ook schreef hij een tooneelspel Alphonsus d'Este, maar het is de vraag of dat uitgegeven is.
Hoofdbron voor het leven van Viverius is Ph. Blommaert, De Nederduitsche schrijvers van Gent, 163 v.v.
Knuttel