[Radinc, Gerardus]
RADINC (Gerardus), naar zijn geboorteplaats ook Gerardus van Groningen genoemd, zeer bekend canonist, ontving zijn opleiding aan de universiteit te Praag, waar hij vele jaren doorbracht, in 1369 tot magister artium promoveerde en zich veel later aan de studie der rechten wijdde: 1383 studens decretorum, 1384 bacc. decr., 1386 licenc. decr. en 1387 doctor decr. Nadat omstreeks dezen tijd de universiteit te Heidelberg geopend was, trad hij sinds 1390 daar als hoogleeraar op ‘legens ordinarie decretum’. In 1393 te Keulen ingeschreven, hield hij hier de gewone voorlezingen voor canoniek recht, werd 24 Maart 1396 tot rector der universiteit verkozen en 20 Dec. 1399 ten tweeden male met haar bestuur belast. In Mei 1397 was hij als een der afgevaardigden van Keulen tegenwoordig op den rijksdag te Frankfort. De door hem eigenhandig opgestelde lijst van deelnemers aan die vergadering is ons bewaard gebleven. Behalve een kanonicaat ten Dom verkreeg hij door de bemoeiingen der stad Keulen een kanonicaat in de St. Andreaskerk aldaar. De in 1395 verkregen prebende in het S. Gereon-kapittel verloor hij in 1399. In 1403 vinden wij hem vermeld als: ‘presbiter Traiect. dioc., legens in iure can. ordinarie de mane decretales’. Van zijn adviezen zijn hier te noemen die over de rechten van het Fraterhuis te Zwolle.
Zie: Monum. Historica Univ. Carolo-Ferdin. Pragensis (Pragae 1830) I, 140, 163, 164, 217, 231, 233, 240; II, 3, 12, 70; H. Keussen, Matrikel der Univ. Köln I, 59; dez. in Westdeutsche Zeitschrift IX, 369, 385-6; Toepke, Matrikel der Univ. Heidelberg I, 4, 46; K. Höhlbaum, Mittheilungen a.d. Stadtarchiv von Köln XIII (1888) 7, 77-8; M. Schoengen, Jac. Traiecti al. de Voecht Narratio (Werken Hist. Genootsch. Utrecht III: 13) 501 v.v.
van Kuyk